Aantekeningen |
- Het bestaan van deze Abraham wordt gestaafd door het Belastingkohier 1748/9 van Leiden. Abram Vitriarius, een alleenstaande man, woont in bij Lena van Suijdland (of andersom?) aan Noord-Rapenburg 327 (nu Noordeinde). Hij is op dat moment in loondienst bij de Universiteit als Secretaris van de Universiteitsvierschaar. Het pand heeft een huurwaarde van 30 gulden.
In 1742 woont er aan het Noordeinde ook een mr. Carolus Vitriarius, raadsheer in het Hof van Holland met een salaris van f 2000,-. Hij had een jaarlijks inkomen van f 3500,- en bewoonde een huis van f 380,- huurwaarde met twee dienstboden.
De verbinding met de grote rechtsgeleerde Philipp Reinhard Vitriarius (Oppenheim, 17-2-1647 / Leiden, 30-7-1720) en diens zoon Johann Jacob (Geneve, 1679 - Leiden, 1745) is onmiskenbaar, maar hoe de verwantschap ligt is onzeker. Beide illustere naamgenoten waren hoogleraar in civiel recht. Vader vanaf 1678 in Leiden, de zoon eerst in Utrecht, daarna - vanaf 1719 - ook aan de universiteit van Leiden. [2, 3]
|