Dr. Jan Herman VAN HEEMSKERCK DÜKER
1885 - 1957 (71 jaar)1. Dr. Jan Herman VAN HEEMSKERCK DÜKER is geboren op 19 sep 1885 in Hilversum (zoon van Willem Frederik VAN HEEMSKERCK DÜKER en Johanna Henriëtte Catharina DE RIDDER); is gestorven op 29 aug 1957 in Solna (Zweden); is begraven op 17 sep 1957 in Hilversum. Aantekeningen:
Vertrekt in 1899 naar Rotterdam, ws. voor studie, en keert in 1903 terug (als ‘student’). Hoewel hij in augustus 1905 toegelaten wordt op de ‘Amersfoortsche school’ vertrekt hij volgens het bevolkingsregister in 1905 naar Delft, waar hij tot en met 1907 verblijft. In dat jaar wordt hij beëdigd als tweede luitenant bij het regiment grenadiers en jagers. Hij is daar reserve-officier (vanaf 1911 als eerste luitenant) tot januari 1916. Dan wordt hij wegens nachtblindheid eervol ontslagen. Desondanks vertrekt hij in 1907 (samen met zijn zuster Tine) naar Philadelphia, waar hij tot juli 1911 blijft. Hij is daar als commissaris betrokken bij de Hollandsche Vereeniging, die onder leiding stond van C.W. van der Hoogt. Elsa Tannock-Van Amstel, zijn stiefdochter, meldt dat hij in Philadelphia zijn tandartsstudie voltooide, hoewel hij bij zijn huwelijk in datzelfde jaar nog ‘candidaat-tandarts’ wordt genoemd. Ook in de burgerlijke stand kent men hem in dat jaar als ‘student’. Toch blijkt dat te kloppen: het In Memoriam uit 1957 in het Tandartsenvakblad vermeldt dat hij in 1910 zijn ’DDS-titel’ verwierf en daarna het Nederlands tandartsdiploma. Op 2 mei 1913 werd Herman ‘bevorderd tot tandmeester’ na een academisch examen in Utrecht. Hij is de enige van de kinderen die - net als zijn moeder - remonstrants genoemd wil worden.
In 1915 vestigt hij zich als tandarts (‘Doct. surg. dent.’) aan de Oude Enghweg 10 in Hilversum. Al snel daarna laat hij in 1916 door zijn zwager Jan Hendrik Plantenga, architect, een kasteel van een huis annex praktijk bouwen aan de Ministerlaan (later Minister Hartsenlaan) nummer 10, dat er nog steeds staat. Het was een luxe, modern huis; volgens dochter Nel het eerste woonhuis in Hilversum met elektrisch licht. Hij nam zitting in de Bestuursraad van de Maatschappij voor Tandheelkunde en de Medische Tuchtraad. Ook was hij voorzitter van de afdeling Gooi en Omstreken van die maatschappij.
Zijn scheiding van Jo Plantenga kwam voor de kinderen onverwacht; zij kregen ‘s ochtends te horen dat zij na school niet terug moesten gaan naar de Ministerlaan, maar naar de Gijsbrecht van Amstelstraat 415, waar hun moeder ging wonen. Spoedig daarna hertrouwde hij met Nettie Kloppers - in Gretna Green, Schotland, omdat beiden nog te kort waren gescheiden. Het echtpaar verhuisde naar het begin van dezelfde straat, Ministerlaan 1a. Een prachtige, in mijn ogen typisch Hilversumse villa die helaas moest wijken voor nieuwbouw.
De tandarts leefde op tamelijk grote voet. Hij had al vroeg een auto, zijn huis was zelfs voor Hilversumse begrippen groot en modern. Greet Rörik weet te melden dat hij vooral het geld van de Plantenga’s er graag doorjaste. Bij zijn dood liet hij voornamelijk schulden na.
Jan Herman stierf aan een hartkwaal op weg naar Zweden, waar het echtpaar vrienden had wonen. Hij werd in Stockholm gecremeerd, maar zijn as werd in Hilversum uitgestrooid.
Overleden:
Overleden aan de gevolgen van een auto-ongelukJan getrouwd Alida Jozina PLANTENGA op 7 dec 1911 in Rotterdam, en gescheiden op 5 jul 1937 in Rotterdam. Alida (dochter van Jan Hendrik PLANTENGA en Petronella ZWARTENDIJK) is geboren op 28 apr 1889 in Rotterdam; is gestorven op 21 dec 1957 in Hilversum. [Gezinsblad] [Familiekaart]
Kinderen:- Jan Herman VAN HEEMSKERCK DÜKER is geboren op 7 apr 1913; is gestorven op 8 feb 1923.
- Jan VAN HEEMSKERCK DÜKER is geboren op 5 sep 1915 in Hilversum; is gestorven op 5 dec 1976 in Hilversum.
- Petronella VAN HEEMSKERCK DÜKER is geboren op 16 jun 1919 in Hilversum; is gestorven op 21 sep 2009 in Santpoort-Noord.
- Alida Josina VAN HEEMSKERCK DÜKER is geboren op 9 okt 1921 in Hilversum; is gestorven op 19 aug 1987 in Amsterdam.
- Willem Frederik VAN HEEMSKERCK DÜKER is geboren op 14 aug 1928 in Hilversum; is gestorven op 22 okt 2010 in Hilversum; is begraven op 28 okt 2010 in Bilthoven.
Jan getrouwd Nettie KLOPPERS op 17 nov 1937 in London (UK). [Gezinsblad] [Familiekaart]
2. Willem Frederik VAN HEEMSKERCK DÜKER is geboren op 1 apr 1850 in Enkhuizen; is gedoopt op 28 jul 1850 in Enkhuzen (zoon van Petrus Gerardus DUKER en Arnolda Johanna VAN HEEMSKERCK); is gestorven op 14 jun 1904 in Hilversum; is begraven in Hilversum. Aantekeningen:
Al op 16-jarige leeftijd gaat Willem Frederik in de leer bij apotheker De Wit in Enkhuizen, met wie de familie zeer nauwe banden onderhoudt. Hij studeert daarna in Nijmegen, waar hij (vermoedelijk) inwoont bij zijn aangetrouwde oom Blaauw of een verwant van hem, die apotheker wordt genoemd. Anderhalf jaar later, op 9 juli 1867, mag hij examen afleggen als leerling-apotheker in Arnhem. Toch adresseert zijn vriend Verkade in 1869 nog een brief aan ’W.F. Duker, aspirant-hulpapotheker te Enkhuizen’. Het lukt hem om als hulpapotheker een betrekking te krijgen als invaller bij het gesticht Meerenberg te Bloemendaal. Op 23 juli 1872 wordt hij daar benoemd tot waarnemend aoptheker tegen een jaarwedde van 500 gulden, naast vrije kost en inwoning en gratis ziekenzorg. Nog geen jaar later schrijft zijn chef dr. Everts een getuigschrift, waarin hij meldt dat Duker ’zich heeft onderscheiden door eene groote mate van wetenschappelijke bekwaamheid in zijn vak en door een onberispelijk zedelijk gedrag’. Op 14 augustus 1874 verzoekt Duker hoogleraar Suringar te Leiden examen te mogen afleggen als apotheker. Op dat moment verblijft hij bij G.J. Schuijt in de Binnen Bantammerstraat te Amsterdam.
Willem Frederik kwam in 1875 naar Hilversum, waar de nieuwe spoorlijn juist geopend was. Hij vestigde op 14 mei van dat jaar zijn eerste apothekerspraktijk – tevens de eerste in Hilversum – in een pand op de hoek van de Langestraat en de Ruiterweg, waar tevens een manufacturenwinkel gevestigd was. Twee dagen later meldt hij zijn moeder zijn omzet van die dag: ƒ 1, 11, de ontvangst voor één recept. Maar gelukkig werd dat snel beter. Enkele jaren later verhuisde hij naar de Kerkstraat 8, naast het kantoor van de Gooi- en Eemlander. Zijn apothekersdiploma had hij een jaar tevoren gehaald, op 4 oktober 1874. Al vanaf 1880 begon Duker tevens te praktizeren als tandarts.Dat kon hij doen nadat hij aan de Universiteit van Utrecht het theoretisch tandheelkundig examen had afgelegd in begin maart 1880.
Het lijkt erop dat de apotheker het de eerste jaren niet gemakkelijk heeft gehad. Artsen die tot dan toe hun eigen apotheekje bestierden, waren niet blij met de nieuwerwetsige zelfstandige farmacie. Bovendien overviel de drukte Willem nogal, zo blijkt uit een versje ter gelegenheid van het tienjarig bestaan. Kennelijk moest een collega, de heer Muntendam, regelmatig invallen, omdat Duker aan het herstellen was van een zenuwinzinking. Ook daarna ging niet alles van een leien dakje. Zo plaatste hij in de Gooi- en Eemlander van 17 juli 1888 een dankbetuiging voor de goede zorgen na ’het ongeval hem onlangs overkomen’. Ondertekend met ’W.F. Duker, tandarts’. Ook in een brief van zijn zoon Arnold wordt vermeld dat Willem weer eens ligt te kwakkelen. Desondanks is de kleine apotheker (1 meter 66, volgens een laissez-passer uti 1881) behoorlijk actief.
WF is voor zover te achterhalen degene geweest die de umlaut op Duker herintroduceerde, wellicht na genealogisch onderzoek. De uitnodiging voor het examen als leerling-apotheker in 1867 schrijft hem al aan als ’Düker’ en ook zijn diploma als hulpapotheker van 6 april 1870 toont zijn naam met de umlaut, evenals zijn eigen signatuur. Daar staat tegenover dat de officiële aankondiging van zijn naamsverandering, gepubliceerd in de Staatscourant van 30 april 1889, de umlaut niet vermeldt.
Direct na het overlijden van de befaamde dokter J.F. van Hengel in 1892 kocht hij van diens erven het grote doktershuis aan de Kerkbrink (nu nummer 18), op de hoek van de Vaartweg, voor tienduizend gulden. De dokter had het in 1840 aangeschaft voor 5280 gulden en er dus zijn hele loopbaan gewoond. Het huis liet Van Heemskerck Düker neerhalen en op die plaats liet hij een kolossaal nieuw pand bouwen door architect G.B. Salm. Alleen het koetshuis liet hij staan. Het pand kreeg een kelder voor de gevaarlijjke stoffen, een winkel en een kleine, modern ingerichte praktijkruimte voor zijn tandartsenij, compleet met een fraaie stoel die in de grond kon verzinken. Niet veel later werd het pand nog eens grondig verbouwd.
Naast deze twee beroepen beoefende Willem Frederik ook de fotografie (een doka was in het pand aanwezig). Bovendien nam hij in 1885 het initiatief tot de oprichting van de vrijwillige brandweer in Hilversum, waarvan hij commandant werd. Aanleiding was een grote brand die op 4 april 1884 de Hilversumse Stoomspinnerij en -weverij aan de Gooise Vaart in de as legde. Hij kreeg van het gemeentebestuur geld om zijn moderniseringsplannen door te voeren. Vlak na het tienjarig bestaan hief hij zelf de vrijwillige brandweer op omdat in zijn ogen de verplichte gemeentebrandweer, die in 1893 van start was gegaan, zijn ideeën hadden overgenomen en bovendien de waterleiding was uitgebreid.
Zijn aandacht voor het welzijn van de Hilversumse bevolking leidde er ook toe dat op zijn initiatief in 1878 de Hilversumse Melkinrichting van start kon gaan in de Kerkstraat bij de Groest. Daar verkocht men melk in gesloten, koperen bussen, wat in hygiënisch opzicht een enorme verbetering was. In 1886 verhuisde dit bedrijf wegens succes naar de hoek Herenstraat-Groest. Vanaf 1892 is Willem Frederik voorzitter van de ‘Vereeniging ter bevordering van de belangen der Hilversumsche burgers’. Daarnaast was hij medeoprichter van de afdeling Noord-Holland van de Maatschappij ter bevordering der pharmacie en penningmeester van de Hilversumse afdeling van het Witte Kruis.
Wijzigde zijn familienaam in Van Heemskerck Düker bij Koninklijk Besluit d.d. 7 mei 1890. Hij overleed ’na veel lijden’ op 54-jarige leeftijd. Op de Algemene begraafplaats van Hilversum werd de apotheker ter aarde besteld. C. de Ridder (dat moet zijn zwager Kees, Cornelis Otto Gerard zijn) sprak als eerste. Daarna volgden de heren Teljer en Niemeyer respectievelijk van de Pharmacievereniging en het Witte Kruis, en ten slotte zoon Arnold. De laatste nam de apotheek over en voerde het beleid in de geest van zijn vader, met veel aandacht voor de gezondheid van de Hilversumse burgers.
Opvallend: in juni 1902 adverteert zijn vrouw helemaal in de Leeuwarder Courant om een keukenmeid en een tweede meid te zoeken (tegen ƒ 100,- elk). Was het aanbod zo schaars?
In 1915 heeft Apotheek Van Heemskerck Düker tel.nr. 42; de Azalea apotheek aan de Neuweg 76, in bezit van Van Heemskerck Duker & Co, heeft nummer 1014.
Gedoopt:
Verlaat gedoopt wegens zijn kinkhoest
Overleden:
Om 14 uur ‘s middagsWillem getrouwd Johanna Henriëtte Catharina DE RIDDER op 30 mei 1877 in Den Haag. Johanna (dochter van Jan Herman DE RIDDER en Johanna Henriëtte Catharina RAPPARD) is geboren op 1 dec 1852 in Gouda; is gestorven op 22 feb 1919 in Hilversum. [Gezinsblad] [Familiekaart]
3. Johanna Henriëtte Catharina DE RIDDER is geboren op 1 dec 1852 in Gouda (dochter van Jan Herman DE RIDDER en Johanna Henriëtte Catharina RAPPARD); is gestorven op 22 feb 1919 in Hilversum. Aantekeningen:
Werd Jans genoemd, volgens kleinzoon Willem Frederik. Na het overlijden van haar echtgenoot in 1904 blijft zij - waarschijnlijk al samen met haar zoon Arnold Johan - de apotheek bestieren tot 1914. Samen met haar ongetrouwde dochter Margot neemt zij in dat jaar de wijk naar hotel Ittmann in Nunspeet. Ittmann was een bekend, weids opgezet familiehotel met ruim honderd kamers, tuinen en ruime foyers. In november 1915, als Arnoldus Cornelis Duker overlijdt, woont zij daar nog. Na haar overlijden schrijven twee artsen elk een attestatie waarin zij bevestigen dat Jans voor en tijdens haar verblijf in Ittmann geestelijk gezond was. Waarom moest dat?
In augustus 1916 keert zij terug in Hilversum. Zij gaat wonen aan het Ministerpark 2 en overlijdt daar in 1919. Ook in de laatste jaren, waarin zij kennelijk lichamelijk hard achteruitging, werd zij bijgestaan door haar dochter Margot. Zij was ook de enige die bij haar moeder was toen Jans de laatste adem uitblies, blijkt uit de grafrede van Jans’ broer David de Ridder.Kinderen:
- Arnold Johan VAN HEEMSKERCK DÜKER is geboren op 15 apr 1878 in Hilversum; is gestorven op 3 nov 1932 in Hilversum; is begraven in Hilversum.
- Willem Frederik VAN HEEMSKERCK DÜKER is geboren op 14 jul 1879 in Hilversum; is gestorven op 18 dec 1944 in Oklahoma City, Oklahoma (USA).
- Johanna Henriëtta Catharina VAN HEEMSKERCK DÜKER is geboren op 27 sep 1880; is gestorven op 31 mrt 1961.
- Huberta Johanna VAN HEEMSKERCK DÜKER is geboren op 17 okt 1881 in Hilversum; is gestorven op 17 apr 1957 in Hilversum?.
- Margot Jozine VAN HEEMSKERCK DÜKER is geboren op 25 jun 1883; is gestorven op 8 jan 1947.
- Cornelia Agatha VAN HEEMSKERCK DÜKER is geboren op 30 jun 1884; is gestorven op 8 dec 1885.
- 1. Dr. Jan Herman VAN HEEMSKERCK DÜKER is geboren op 19 sep 1885 in Hilversum; is gestorven op 29 aug 1957 in Solna (Zweden); is begraven op 17 sep 1957 in Hilversum.
- Christina Johanna VAN HEEMSKERCK DÜKER is geboren op 28 mei 1887; is gestorven op 5 nov 1961.
Generatie: 3
4. Petrus Gerardus DUKER is geboren op 2 aug 1806 in Alphen aan den Rijn (zoon van Mr. Arnoldus Cornelis DUKER en Willemina VAN DER CHIJS); is gestorven op 8 jul 1869 in Enkhuizen; is begraven in Enkhuizen. Aantekeningen:
’Piet’, ‘geboren te Oudts bij Alphen’ IDe BS Oudshoorn meldt echter ‘Petrus Gerardus, 2/31 Aug. 1806, komt van Alphen’, dus zal ws. toch in Alphen geboren zijn, Uitzoeken. Zijn huwelijksakte met Van Walsem meldt gewoon ‘Alphen’. In zijn prille jeugd ‘Pietje’ genoemd.
In 1827 woont Piet al op kamers en werkt hij voor een ’patroon’, waarmee hij 75 gulden per kwartaal verdient. Daarnaast stopt zijn familie hem een paar tientjes per maand toe. Hij dineert regelmatig bij (aangetrouwde) familieleden, soms bij oom Duker in Amsterdam of samen met de laatste bij de steenrijke familie Luden. Dat vindt hij minder geslaagd, want naast reiskosten en fooien moet hij bij zo’n gelegenheid ƒ 3,50 uitgeven aan ’gedwongen fraayheid’. Zijn inschrijving voor de Nationale Militie is bewaard gebleven. Hij werd uitgeloot, maar als in 1830 de spanningen tussen de noordelijke en zuidelijke Nederlanden oplopen, neemt hij vrijwillig dienst. Volgens gegevens in het archief was hij vrijwillig schutter (flankeur) bij de 1e Compagnie, 1e Bataillon, 1e Afdeling Mobiele Noord-Hollandse schutterij vanaf oktober 1830. Als zodanig nam hij deel aan de Tiendaagse Veldttocht (2-12 augustus 1831). In een dagboekje bijgehouden van 14 juni tot 6 oktober beschrijft hij zijn wel en wee in het leger. Van diezelfde campagne zijn tekeningen bekend van zijn broer Kees (Cornelis Agathus). In 1839 verliet hij de schutterij, maar al veel eerder, in 1833, de actieve dienst.
Als hij voor de eerste maal trouwt, in 1834, is hij al notaris in Enkhuizen. Zijn eerste vrouw overlijdt al op 46-jarige leeftijd. Hij blijft zitten met vier onmondige kinderen, de jongste is pas één jaar. Gelukkig voor hem komt het jonge nichtje van zijn overleden vrouw hem bijstaan in het huishouden. Hij ontwikkelt al snel warme gevoelens voor de vrouw, maar zij is verloofd met ene Bechtold, een Duitse jongeman. Het wordt Piet duidelijk dat zij niet veel om die jongeman geeft. In maart 1847 trekt hij de stoute schoenen aan en schrijft haar moeder (zijn schoonzus Christiina) dat Arnoldina maar even bij hem weg moet en met haar moeder en oudere zus bespreken wat te doen. De uitkomst is duidelijk: al in 1848 trouwt hij met haar.
22 september 1846: PG dient een onderhandse inventaris ter depot aan, hoogstwaarschijnlijk in verband met zijn plannen om opnieuw te trouwen na de dood van Huberta van Walsem. Van haar nalatenschap heeft hij recht op 1/4 gedeelte. De inboedel wordt geschat door Gerardus Pieter Nijhoff, makelaar, kandidaat-notaris en goede bekende. Getuige is Johan Martin van Walsem, hervormd predikant te Lekkerkerk en ‘bij familieraad’ op 15 september 1846 benoemd tot toeziend voogd door PG’s broer, rechter te Hoorn. De inboedel is 1442 gulden en 50 cent waard, de gouden en zilveren voorwerpen zijn 344 gulden en 28 cent waard. De Dukers hielden vinken in een kooitje, rookten graag een pijpje (het huis staat vol met kwispeldoors en tabakskistjes) en deden graag een spelletje (omber en schaak). De zieke echtgenote lag waarschijnlijk op de voorste bovenkamer dood te gaan, want daar vinden we injectiespuiten, ballonnen en nog meer kwispeldoors.
De Akte meldt voorts dat Duker flink wat geld had belegd in obligaties, aandelen en leningen. Bijna al deze transacties kwamen tot stand tussen 1843 en 1846, waaronder een obligatie van 11.000 gulden uit juli van dat jaar. Ik vermoed dat er veel geld vrijkwam na het overlijden van zijn moeder Willemina van der Chijs in 1842.
Uit dezelfde akte blijkt dat Duker als stedelijk ontvanger van Enkhuizen zeshonderd gulden per jaar verdiende, waarvan hij de helft afstond aan de weduwe van zijn voorganger, J. Ris. Naast zijn beide functies was Duker tevens secretaris van de schoolcommissie. Als notaris is Duker een vooraanstaand figuur in Enkhuizen. Hij is onder andere lid van de Plaatselijke Schoolcommissie en (vanaf 1861) regent van het Gereformeerde Weeshuis, als opvolger van H.J. Kleijnhens. Zowel Piet Duker als Koos de Wit zijn lid geweest van het Genootschap Oecomenia Enchusana. Het Genootschap telde vrijwel alle notabelen van Enkhuizen onder zijn leden en begunstigers.
Correspondentie van familieleden – aanwezig in het familiearchief – toont dat de kinderen met elkaar omgingen als broers en zussen. Een gedicht (in een volwassen hand) ter gelegenheid van Piets vijftigste verjaardag in 1856 noemt als ’sprekers’ Willem en Bertha, en in het laatste couplet Arnold, Mina, Johan, Pieter en Agatha. Sympathiek detail: in november 1848 overlijdt een vriendin van het echtpaar Duker-van Heemskerck, mevrouw Cornelia Maria Schroot, in hun huis. Kennelijk hebben zij haar liefdevol verpleegd.
Als Piet in 1869 overlijdt, bezit hij twee huizen in Enkhuizen (Oude Westerstraat 169 en Torenstraat 1158) en een ligplaats voor een boot aan het Hoenderpad. Zijn erfgenamen kunnen bijna 57 duizend gulden verdelen, waarvan de weduwe de helft ontvangt. Notaris Van Slogteren neemt zijn praktijk over, nota bene in zijn eigen huis.Petrus getrouwd Arnolda Johanna VAN HEEMSKERCK op 2 aug 1848 in Enkhuizen. Arnolda (dochter van Willem Frederik VAN HEEMSKERCK VAN BEEST en Christina Johanna VAN WALSEM) is geboren op 6 jun 1820 in Doesburg; is gestorven op 30 sep 1910 in Enkhuizen. [Gezinsblad] [Familiekaart]
5. Arnolda Johanna VAN HEEMSKERCK is geboren op 6 jun 1820 in Doesburg (dochter van Willem Frederik VAN HEEMSKERCK VAN BEEST en Christina Johanna VAN WALSEM); is gestorven op 30 sep 1910 in Enkhuizen. Aantekeningen:
Arnolda Johanna was een (veel jongere) nicht van Huberta Johanna van Walsem, de eerste vrouw van Petrus Gerardus Duker. Haar moeder was een zuster van Huberta. Met haar moeder heeft zij gemeen dat haar naam verandert gedurende haar leven: vrijwel iedereen noemt haar hardnekkig Arnoldina, maar ze staat bij geboorte en huwelijk geregistreerd als Arnolda. Als ze overlijdt, is dat opeens Arnoldina geworden; ook haar grafsteen in Enkhuizen (geruimd in 1950) vermeldde die naam. Vanaf 10 oktober 1885 staat zij samen met haar dochter Arnoldina Josina ingeschreven in Rotterdam. Zij wonen aan Nieuwhaven 47 en aan de Schietbaan 26.
Op 18 december 1888 schaft zij bij een zekere heer Van Doorn te Den Haag het familieservies van Van Heemskerck aan voor 782 gulden. Haar zoon Willem Frederik betaalt er 200 gulden aan mee. Dochter Josina vertrekt in 1890, als zij trouwt met Piet de Vos. Moeder volgt haar naar Enkhuizen in 1909, vlak voor haar dood. Bij haar overlijden verblijft zij in Enkhuizen, aan het Sijbrandsplein Wijk 1 nr 507.
In mei 1896 verkoopt zij met de assistentie van haar stiefzoon Petrus Gerardus, notaris in Zuid-Scharwoude, een weiland met een arbeiderswoninkje erop in Nieuwe Niedorp, aan de Straatweg, voor in totaal ƒ 3925. Hoe komt ze daaraan?
Opvallend: net als haar echtgenoot heeft zij haar vader nauwelijjks gekend. Doesburg was een garnizoensstadje, wat haar afwijkende geboorteplaats verklaart. Zij overleefde haar zoon Willem Frederik, die in juni 1904 al overleed. Op dat moment verblijft zij in Rotterdam.
Als haar echtgenoot overlijdt in juli 1869, kan zij ‘wegens buitenlandsche betrekkingen’ de overlijdensadvertentie niet tijdig plaatsenAantekeningen:
De bevallingen worden telkens omschreven als ‘voorspoedig’, behalve die van Johanna Lucia, die ‘vrij voorspoedig’ verliep.
Kinderen:
- 2. Willem Frederik VAN HEEMSKERCK DÜKER is geboren op 1 apr 1850 in Enkhuizen; is gedoopt op 28 jul 1850 in Enkhuzen; is gestorven op 14 jun 1904 in Hilversum; is begraven in Hilversum.
- Huberta Johanna DUKER is geboren op 17 okt 1851 in Enkhuizen; is gestorven op 30 okt 1877 in Enkhuizen.
- Cornelia Agatha DUKER is geboren op 22 nov 1855 in Enkhuizen; is gestorven op 11 dec 1921 in Enkhuizen; is begraven in dec 1921 in Enkhuizen.
- Johanna Lucia Frederica DUKER is geboren op 11 feb 1859 in Enkhuizen; is gestorven op 20 mrt 1927.
- Arnoldina Johanna DUKER is geboren op 13 mrt 1861 in Enkhuizen; is gestorven op 11 jan 1937 in Vleuten; is begraven op 14 jan 1937 in Hilversum.
6. Jan Herman DE RIDDER is geboren op 23 jan 1816 in Culemborg (zoon van Cornelis DE RIDDER en Margaritha VAN LEEUWEN); is gestorven op 6 jan 1893 in Den Haag. Aantekeningen:
Naar verluidt was Jan Herman hofprediker, wat de naamswijziging van zijn schoonzoon zou hebben vergemakkelijkt. Daar is tot nu toe nog geen bewijs van gevonden, maar wel onderhield hij op latere leeftijd goede betrekkingen met met de veelbesproken prinses Marianne, de dochter van Willem I. In elk geval werd zijn zoon Cornelis Otto Gerard later referendaris aan het kabinet der Koning. Een andere zoon, Jan Herman jr, trad in vaders voetsporen en verwierf een nog grotere bekendheid dan senior. Beide Jan Hermans worden in remonstrantse kringen gezien als vooraanstaande theologen.
Al ten tijde van zijn huwelijk, op zijn 26e, was Jan Herman predikant te Boskoop. Hij trouwt met zijn volle nicht, de dochter van zijn tante Cornelia. Banden tussen de Rappards en de De Ridders waren er al langer, getuige onder meer een procuratie van broer Cornelis Otto Gerard voor Conrad Rappard, die Jan Hermans schoonvader zou worden. Bij de geboorte van zoon Cornelis Otto Gerard in 1851 woont het echtpaar De Ridder in Gouda, ‘in het huis op de Gouwe’ G 101. Jan Herman eindigt zijn loopbaan als predikant in Den Haag. Vanuit Rotterdam wordt hij gevraagd, maar hij gaat niet in op de verzoeken.
Dat Jan Herman griezelig religieus was, blijkt uit de overlijdensadvertentie van Alida Josina, die slechts negen maanden leefde: ‘Wij eerbiedigen den Wil des Heeren, wiens liefde ons geen vier Kinderen zou ontnomen hebben, als Zijne wijsheid het niet noodig keurde’. Daarbij zijn Staphorstianen bijna profaan. Toch stonden - en staan - de remonstranten bekend als rekkelijk. Deze geloofsclub kende een belangrijke kern in en rond Gouda; het is niet verwonderlijk dat ook De Ridder daar zijn domicilie kiest en gaat prediken in het naburige Boskoop. Jan Herman beijverde zich vooral voor de afschaffing van de slavernij en voor de bestrijding van alcoholisme.
Veel persoonlijke informatie is te vinden in het gedrukte verslag van zijn 25-jarig huwelijksfeest, een document van 96 pagina’s met de letterlijke weergave van alle sketches, gedichten en toneelstukken van familie en vrienden. Daaruit blijkt onder meer dat de De Ridders beschikten over een keukenmeid, werkster, schoonmaakster en een naaister. Het feest, dat zich over meer dagen uitstrekte, speelde zich af aan Laan 24 te Den Haag (met als ceremoniemeesters J.B. Duisenberg en Jb. van der Pot) en werd bezocht door honderden mensen, onder wie veel notabelen en vooraanstaande leden uit remonstrantse kring: Van Maanen, Rappard, Zwartendijk, Van Leeuwen, Verrijn Stuart en Tiedeman. De jonge Jan Zwartendijk – vermoedelijk de latere tabakshandelaar, geboren in 1854 – komt een taart brengen. Ook ’de Rotterdamse neven’ Adriaan en Gijsbert Zwartendijk (die op dat moment zelf 18 jaar getrouwd is) verzorgen een voordracht samen met G.L. van der Hoeven.
Een prominente gast op het feest is de jonge luitenant Willem Frederik Rappard (1846-1913), die op dat moment nog maar net verloofd is met P.J. du Marchie Sarvaas. Later zou deze W.F. als Ridder van Rappard onder meer minister van Oorlog worden.
Zijn lemma in het Biografisch Woordenboek vermeldt: “geb. 23 Jan. 1816 te Kuilenburg, waar zijn vader Remonstr. pred. was, bekleedde hetzelfde ambt te Boskoop (1841), Waddinksveen (1842), Gouda (1848) en te 's-Gravenhage, van 1853, tot zijn welverdienden rusttijd, 1 Juli 1886.
Hij schreef: De kerkelijke viering van een gewichtigen dag aangeprezen, Amst. 1847; Een Nederlandsch geschenk aan den vorst van Eutopia, Gouda 1848; Bedelarijwering, Gouda 1850; Uitstapjen naar Hoenderloo, Leid. 1851; Wandel met God, Leid. 1851; Wat een arm dorp kan verrijken, Schoonh. 1852; De kracht der zwakkere sekse, Haarl. 1853; Een tafelboek, Schoonh. 1853; Christus in u, Leid. 1854; De eerste synode. Een tijdwoord, 's-Hage 1854; De beeltenis van A. des Amorie van der Hoeven als handhaver van nationaliteit, overdruk uit: Lectuur voor de Huiskamer, Leid. 1855; Een levensteeken op een doodenveld, Schoonh. 1857; Een vredestichter na drie eeuwen herdacht, 's-Hage 1860; Reisvertellingen, Schoonh. 1861; In Christus met God, Leid.; T.C.R. Huydecoper herdacht, 's-Hage 1866; Levensbeelden voor jongens en meisjes, Tiel 1868; Levensrichting. Kijkjes binnens- en buitenshuis, Tiel 1870; Levensbericht van Prof. Domela Nieuwenhuis, (in Hand. Mij. Ned. Lett.); voorts bijdr., recensiën enz., in de Godgeleerde Bijdragen, Kerkelijke Courant, Christelijk en Godsdienstig Album, Evang. Penningmagazijn (1860-'69), Christelijke Huisvriend, Praktische Volksalm., Geld. Volksalm., Magdalena, Mentor, Kinder-Courant, Zaaier, enz.”
Geboorte:
Volgens de Mormonensite in ‘Kuilenburg’Jan getrouwd Johanna Henriëtte Catharina RAPPARD op 26 mei 1842 in Amsterdam. Johanna (dochter van Conrad Hendrik Adam EDLER VON RAPPARD en Cornelia VAN LEEUWEN) is geboren op 17 mei 1817 in Amsterdam; is gestorven op 7 dec 1909 in Den Haag. [Gezinsblad] [Familiekaart]
7. Johanna Henriëtte Catharina RAPPARD is geboren op 17 mei 1817 in Amsterdam (dochter van Conrad Hendrik Adam EDLER VON RAPPARD en Cornelia VAN LEEUWEN); is gestorven op 7 dec 1909 in Den Haag. Aantekeningen:
Bij haar geboorte treedt ene Dirk Heydeman, dan griffier van het Vredesgerecht, op als getuige. Dezelfde Heydeman is getuige bij haar huwelijk in 1842! En hij is dan nog steeds griffier.
Zij trouwt met haar volle neef Jan Herman de Ridder; hun moeders waren zusters van elkaar. Tijdens hun verlovingstijd logeert zij bij J.B. Duisenberg (waarschijnlijk een neef van Jan Herman, in Boskoop), die haar hele leven een intieme vriend van de familie zou blijven. Andere goede vrienden waren het echtpaar Snellen uit Leiden en dr. Harting uit Enkhuizen.
In de periode 1850-1860 moet zij volgens het bevolkingsregister in Gouda wonen, waar haar man dan dominee is. IN het dagelijks verkeer heet zij Jansje, haar man noemt haar ’Sjoetje’.Kinderen:
- David DE RIDDER is geboren op 15 jun 1843 in Waddinxveen; is gestorven op 21 jul 1843 in Waddinxveen.
- Kornelia Conradina DE RIDDER is geboren op 4 jul 1844 in Waddinxveen; is gestorven op 7 dec 1876 in Amsterdam.
- Margaretha DE RIDDER is geboren op 17 apr 1846 in Waddinxveen; is gestorven op 4 apr 1904 in Lausanne.
- Johanna Henriëtta Catharina DE RIDDER is geboren in jul 1847; is gestorven op 27 jun 1851.
- Pieteleentje DE RIDDER is geboren op 18 jun 1849; is gestorven op 7 feb 1851.
- Cornelis Otto Gerard DE RIDDER is geboren op 25 mrt 1851 in Gouda; is gestorven op 14 dec 1926 in Den Haag.
- 3. Johanna Henriëtte Catharina DE RIDDER is geboren op 1 dec 1852 in Gouda; is gestorven op 22 feb 1919 in Hilversum.
- Alida Josina DE RIDDER is geboren in feb 1855; is gestorven op 10 nov 1855.
- Arnoldina Josina DE RIDDER is geboren op 24 sep 1856 in Den Haag.
- Dr. Jan Herman DE RIDDER is geboren op 12 jun 1858 in Den Haag; is gestorven op 5 feb 1902 in Rotterdam.
- David Marinus Elisa DE RIDDER is geboren op 4 okt 1860 in Den Haag.
Generatie: 4
8. Mr. Arnoldus Cornelis DUKER is geboren in feb 1776 in Utrecht; is gedoopt op 4 feb 1776 in Utrecht (zoon van Cornelis Arnoldus DUKER en Agatha RAVEN); is gestorven op 24 jun 1807 in Alphen aan den Rijn. Aantekeningen:
Roepnaam ‘Nol’ of ‘Nolio’. Promoveert bij Mr. Cornelis De Rhoer (1751-1821, Universiteit Utrecht, hoogleraar in de letteren) op een algemeen juridisch onderwerp, 9 juli 1800. Hij overleed zeer jong door ’een uitteerende Ziekte van meer dan 6 Maanden’, zoals zijn weduwe liet weten in de rouwadvertentie vanuit Alphen. Als hun dochter geboren wordt, in juni 1804, woont het paar ’op ’t huis Panderen, by Koudekerk’. Er heeft inderdaad eeuwenlang een grote buitenplaats bestaan langs de Rijn die Paanderen heette, waar later ook een tegelbakkerij was gevestigd. Ik neem aan dat het stel er een kamer huurde. In de Leydse Courant van 21 februari 1791 Wordt ’het slot van Paanderen’ te huur aangeboden door een zekere mijnheer Leyendecker uit Leiden. Hij omschrijft het oord (met maar liefst 25 morgen grond) bescheiden als een ’aangenaam buitenplaatsje, […] voorzien van een logeabel Heeren-Huyzinge, waarin verscheide ruime vertrekken’.
Geboorte:
Nog verifiëren in bron!
Gedoopt:
in de JacobikerkArnoldus getrouwd Willemina VAN DER CHIJS op 23 mei 1802 in Delft. Willemina (dochter van Pieter VAN DER CHIJS en Margaretha HOOGERSCHEID) is geboren op 21 sep 1777 in Delft; is gedoopt op 1 okt 1777 in Delft; is gestorven op 30 apr 1842 in Buren. [Gezinsblad] [Familiekaart]
9. Willemina VAN DER CHIJS is geboren op 21 sep 1777 in Delft; is gedoopt op 1 okt 1777 in Delft (dochter van Pieter VAN DER CHIJS en Margaretha HOOGERSCHEID); is gestorven op 30 apr 1842 in Buren. Aantekeningen:
Gedoopt:
Getuigen: Willemina van Stolburg, weduwe van Martinus Hoogerscheijt
Overleden:
Overleden na een langdurige ziekte (‘keeltering’)Kinderen:
- 4. Petrus Gerardus DUKER is geboren op 2 aug 1806 in Alphen aan den Rijn; is gestorven op 8 jul 1869 in Enkhuizen; is begraven in Enkhuizen.
- Mr. Cornelis Agathus DUKER is geboren op 11 feb 1803 in Utrecht; is gestorven op 31 okt 1855 in Hoorn.
- Margaretha Petronella DUKER is geboren op 13 jun 1804 in Koudekerk; is gedoopt op 8 jul 1804 in Koudekerk.
10. Willem Frederik VAN HEEMSKERCK VAN BEEST is geboren op 24 apr 1796 in Emmerich (D); is gedoopt op 30 apr 1796 in Emmerich (D) (zoon van Willem Sybrand VAN HEEMSKERCK VAN BEEST en Johanna Catharina VITRIARIUS); is gestorven op 18 aug 1832 in Arnhem. Aantekeningen:
Geboren nadat zijn vader ontslag had genomen als kapitein van de landzaten in 1795, toen het leger onder Frans gezag kwam te staan.
Volgens genealogie Huydecoper had deze meneer ‘tot peter en meter de Prins en Prinses van Oranje Nassau’. Vandaar de naam Willem Frederik. Dat klopt wel zo’n beetje: luitenant-kolonel Willem Sybrand had netjes aan de erfprins gevraagd of hij het kind de naam Willem Frederik mocht geven, Hij verbleef op dat moment met zijn gezin in Emmerik, de prins – later koning Willem I – zat in Berlijn. De patriottische kopman Quint Ondaatje beschrijft vervolgens de doopplechtigheid, waarvan hij bij toeval getuige was, in de Haagsche Courant van 4 juni 1796:
’De predikant las vervolgens het Formulier; maar hoe stond ik op te kyken, toen de Man op een doordringende toon deeze woorden van den Preekstoel loet rollen æen wat antwoord gy als Doopgetuige, in de naam van Zyne Doorlugtige Hoogheid, den Heere Prince van Oranje en Nassau?’ en het onnozal wichtjen genaamt wierd, ’Willem Frederik’.’ Hij vraagt wie de vader en de getuige waren aan een bediende. Dat waren dus Van Heemskerck en de beruchte Zuyderas (baron van Heeckeren tot Suyderas). De patriot waarschuwt dat het kind wel in de gaten gehouden moet worden, ’of is in staat om zyne Vaders voetstappen te volgen en braave Soldaaten te corrumpeeren, om zyn peet te volgen en trouweloos aan ’t Vaderland te worden!’
In 1830 woont hij met zijn gezin in Grave, aan de Hoofsche Straat 6. Kennelijk militair bezit, want zijn beide buren zijn majoor.
Willem Frederik is jong gestorven. Van hem is een ontroerend briefje bekend dat pas na zijn dood geopend mag worden. Hij geeft er instructies in voor zijn vrouw, kinderen en naasten. Hij maant hen niet te rouwen omdat dat toch ’tot niets dient’. Hij wil op een open kerkhof begraven worden, niet in een kerk. En voordat zijn vrouw denkt aan hertrouwen, moet zij de adviezen inwinnen van haar ouders, zijn broer Willem George en zijn zwager Van Thielen. Zijn broer Frits en zwagers Van Thielen en Frantzen verzoekt hij zijn geliefde Crisje bij te staan. Zijn overlijdensadvertenties spreken van een ’langdurig lijden’. Hij was al op non-activiteit gesteld.
Geboorte:
om 3 uur ’s ochtends
Gedoopt:
Getuige: Baron van Heeckeren tot Suideras, namens Willem Frederik, erfprins van Oranje en NassauWillem getrouwd Christina Johanna VAN WALSEM op 28 jun 1817 in Buren. Christina (dochter van Johan VAN WALSEM en Arnolda Johanna SCHIRMER) is geboren op 30 sep 1798 in Beugen; is gestorven op 19 nov 1888 in Nijmegen. [Gezinsblad] [Familiekaart]
11. Christina Johanna VAN WALSEM is geboren op 30 sep 1798 in Beugen (dochter van Johan VAN WALSEM en Arnolda Johanna SCHIRMER); is gestorven op 19 nov 1888 in Nijmegen. Aantekeningen:
Eerst de schoonzus,, daarna de schoonmoeder van notaris Duker. Er is voortdurende onenigheid over de juiste naam van deze dame: Christina Johanna, Christina Jacoba (zoals in geboorteakte van zoon Willem Antoni) of Johanna Christina (zoals in de overlijdensakte van Willem Frederik)? De verwarring was bekend bij iedereen: bij de burgerlijke stand kende men haar tweede naam als Johanna, in het doopregister als Jacoba.
’Chrisje’ wordt haar leven lang door iedereen geprezen om haar charme, vrolijke aard en uiterlijke schoonheid. Een anonieme brief over haar herkomst zegt over haar: ’Chrisje word zeer gepreezen en gezegd ene goed humeur te hebben. De kinderen van van Walsem zijn bekend eene zeer fatsoenlijke en huishoudelijke opvoeding genooten te hebben vooral de meisjes zijn zeer huishoudelijk en bedreeven met alle vrouwelijke handwerk. Chrisje is een zeer knap meisje en weet zig zeer wel voor te doen, op geen der meisjes is ooit iets aan te merken geweest.’
Een alleraardigst document steekt de draak met die verwarring en geeft meer inzicht in haar persoonlijkheid. Het is een ’Feestblad’, een kleine krant van 4 pagina’s van zondag 30 september 1883 ter gelegenheid van haar 85e verjaardag gedrukt door Joh. Geradts in Hilversum. In het openingsartikel wordt die naamsverwarring opgevoerd als bron van twijfel: ’Was zij het zelve of was zij zichzelve niet?’ Uit hetzelfde artikel leren wij dat Christina een piepklein vrouwtje moet zijn geweest, maar zeer innemend. Een kleindochter die zichzelf Cor noemt, schrijft zelfs een lang ironisch gedicht over de ’lof der kleinheid’, want zij is zelf ook met een klein kereltje getrouwd (een zekere Arthur Calvert, een Engelse dominee). In Venlo verloor zij haar hart aan Willem Frederik, die voor haar de marine verliet. Het stel woonde in garnizoensstadjes als Nijmegen, Doesburg en Grave. Op haar 85e verjaardag woont Chris in de Vossenstraat 44 te Arnhem.
Christina werd peetmoeder van vier kleinkinderen, die dus allemaal Christina Johanna heten: Blaauw, Ferret, Vorstman en Van Heemskerck.
Overleden ten huize van haar dochter Johanna Wilhelmina Blaauw-van Heemskerck in Nijmegen.Kinderen:
- Johanna Wilhelmina VAN HEEMSKERCK is geboren op 19 okt 1818 in Buren; is gestorven op 17 jan 1899 in Nijmegen.
- Suzanna Wilhelmina VAN HEEMSKERCK is geboren op 24 mei 1822 in Buren; is gestorven na 1890.
- Willem Antoni VAN HEEMSKERCK is geboren op 12 jan 1824 in Nijmegen; is gestorven op 29 jan 1875 in Galveston, UK.
- N.N. VAN HEEMSKERCK VAN BEEST is geboren op 11 dec 1825 in Arnhem; is gestorven op 11 dec 1825 in Arnhem.
- Lucia Frederika VAN HEEMSKERCK is geboren op 4 jan 1827 in Doesburg; is gestorven op 8 jun 1901 in Teteringen.
- 5. Arnolda Johanna VAN HEEMSKERCK is geboren op 6 jun 1820 in Doesburg; is gestorven op 30 sep 1910 in Enkhuizen.
- Jacobus Arnoldus VAN HEEMSKERCK is geboren op 26 jul 1830 in Grave; is gestorven op 8 jul 1887 in Wormer.
12. Cornelis DE RIDDER is geboren in nov 1762 in Culemborg; is gedoopt op 24 nov 1762 in Culemborg (zoon van Lambertus DE RIDDER en Metje VERSCHUUR); is gestorven op 13 jul 1820 in Culemborg. Aantekeningen:
Schoonmoeder Alida Jozina van Leeuwen overleed ten huize van notaris Cornelis de Ridder in de Ridderstraat 81 te Culemborg, waar zij logeerde. Cornelis was tot 1802 getrouwd met Ida Verhagen, die hem drie kinderen schonk. Die kinderen werden overigens allen gewoon hervormd gedoopt.
In 1809 wordt Cornelis benoemd tot executeur van het testament van Jan van Walsum en Jacoba Boess, de grootouders van CJ van Walsem.Cornelis getrouwd Margaritha VAN LEEUWEN op 9 apr 1803 in Loenen. Margaritha (dochter van Ds. Gijsbert VAN LEEUWEN en Alida Josina ZWARTENDIJK) is geboren op 31 mei 1775 in Woerden; is gedoopt op 5 jun 1775 in Woerden; is gestorven op 18 jun 1842 in Abcoude. [Gezinsblad] [Familiekaart]
13. Margaritha VAN LEEUWEN is geboren op 31 mei 1775 in Woerden; is gedoopt op 5 jun 1775 in Woerden (dochter van Ds. Gijsbert VAN LEEUWEN en Alida Josina ZWARTENDIJK); is gestorven op 18 jun 1842 in Abcoude. Aantekeningen:
In de overlijdensadvertentie vreemd genoeg ‘Margantha’ genoemd. In het Utrechts Archief: memorie van successie (inv nr 337-3 (toegang) 24, nr 175, kantoor Loenen, 03-09-1842) -> bekijken
Gedoopt:
Door haar eigen vader in de kerk gedoopt, get: Gijsberts ouders en schoonmoeder Kornelia BlaauwduifKinderen:
- 6. Jan Herman DE RIDDER is geboren op 23 jan 1816 in Culemborg; is gestorven op 6 jan 1893 in Den Haag.
- Jan Herman DE RIDDER is geboren op 21 okt 1814; is gestorven op 4 mrt 1815 in Culemborg.
- Alida Josina DE RIDDER is geboren op 28 jan 1804 in Loenen; is gestorven op 14 jun 1861 in Abcoude.
- Cornelis Otto Gerard DE RIDDER is geboren in 1808 in Culemborg; is gestorven op 21 feb 1847 in Nieuwkoop.
- Pieternella Gijsberta Leonarda DE RIDDER is geboren op 21 jun 1812 in Culemborg; is gestorven op 10 aug 1835 in Culemborg.
14. Conrad Hendrik Adam EDLER VON RAPPARD is geboren op 2 jun 1776 in Millingen a/d Rijn (zoon van Johan Bernhard Jodocus Theodorus EDLER VON RAPPARD en Louise Engelbertina VON WYLICK); is gestorven op 14 mrt 1855 in Amsterdam. Conrad getrouwd Cornelia VAN LEEUWEN op 15 nov 1802 in Loenen a/d Vecht. Cornelia (dochter van Ds. Gijsbert VAN LEEUWEN en Alida Josina ZWARTENDIJK) is geboren op 10 mrt 1777 in Woerden; is gedoopt op 16 mrt 1777 in Woerden; is gestorven op 19 mei 1826 in Amsterdam. [Gezinsblad] [Familiekaart]
15. Cornelia VAN LEEUWEN is geboren op 10 mrt 1777 in Woerden; is gedoopt op 16 mrt 1777 in Woerden (dochter van Ds. Gijsbert VAN LEEUWEN en Alida Josina ZWARTENDIJK); is gestorven op 19 mei 1826 in Amsterdam. Aantekeningen:
Gedoopt:
Door haar eigen vader in de kerk gedoopt, get: Kornelia Blaauwduif en moeder ZwartendijkKinderen:
- Alida Josina RAPPARD is geboren op 22 apr 1804 in Amsterdam; is gestorven in jun 1804 in Amsterdam.
- Johan Bernhard Jodocus Theodorus RAPPARD is geboren in 1806; is gestorven in 1871.
- Alida Josina RAPPARD is geboren op 2 mrt 1808 in Amsterdam; is gedoopt op 17 apr 1808 in Amsterdam; is gestorven op 21 dec 1890.
- Louise Engelberdina Maria Anna RAPPARD is geboren op 24 apr 1809 in Amsterdam; is gestorven op 18 mrt 1845 in Amsterdam.
- Cornelis Conrad RAPPARD is geboren op 24 feb 1811 in Amsterdam; is gestorven op 27 nov 1851.
- Peter Fredrik RAPPARD is geboren op 2 jul 1814 in Amsterdam; is gestorven op 5 nov 1876.
- Gerhardina Frederika Margaretha RAPPARD is geboren op 10 jun 1815 in Amsterdam; is gestorven op 21 dec 1815 in Amsterdam.
- 7. Johanna Henriëtte Catharina RAPPARD is geboren op 17 mei 1817 in Amsterdam; is gestorven op 7 dec 1909 in Den Haag.